NAPOLEONNETJE - Estrilda tr. troglodytes

Bovenzijde bruingrauw, onderzijde roodachtig lichtgrijs, snaveltje en oogstreep rood. Het mannetje is van het popje te onderscheiden door een sterker gekleurde rode vlek tussen de pootjes.

Een interessant vogeltje in elke volière. Het is zeer beweeglijk en wordt daarom beter in een volière dan in een kooi gehouden. De zang betekent niet veel.

Het mannetje is te herkennen aan de vrij krachtige fluittonen die het onder zijn dansend 'baltsen' laat horen. Andere uiterlijke kentekenen van geslachtsonderscheid zijn er niet. Alleen in de paartijd worden bij het mannetje de veertjes aan het onderlijf meer rood. Langdurige strenge koude kunnen deze vogeltjes niet verdragen. Broedresultaten zijn zelden verkregen.

Lengte: 9 cm; Land van herkomst: Afrika.

De kleine Afrikaanse prachtvinken (Astrildes) zijn ideale vogels voor beginners: kleurrijk, gemakkelijk te verzorgen en niet moeilijk te kweken.
Al deze soorten vogels doen het goed in ons klimaat. Zomers prefereren ze een goed beplante volière en in de winter geven ze de voorkeur aan een kooi in een matig verwarmde kamer.

Terug naar de homepage

Tropische vogels | Afrikaanse prachtvinken | Australische prachtvinken | Zebravinken | Japanse meeuwen | Wevers en wida's
| Insecteneters | Vruchteneters | Gorzen | Duiven en kwartels

Otto van Reesweg 45
4105 AB Culemborg
info@speciaalclub.nl